Uren maken op de fiets terwijl iedereen bij de kachel zat. Training geven aan de jeugd bij Van de Put en er alles aan doen om er zelf ook sterker van te worden. Filmpjes kijken op Youtube van de beste inliners van de wereld. Of Sjinkie Knecht zien bewegen in een peloton, en het besluit nemen: “ zo ga ik dat ook doen”. Krachttraining bij bootcamp. Zaterdagsmiddags battelen met z’n iets oudere broer op de half natte piste. Het is nog maar begin februari maar op de kalender staat er één weekend omcirkeld. Met een gouden pen.

Dit jaar kan het gebeuren. Als vwo student is redeneren een onderdeel van de opleiding. “Ik weet wat ik kan” is een vaste overtuiging geworden.

Fanatiek op de baan vanaf de eerste skeelertraining van het seizoen, en thuis weer met twee voeten aan de grond in een warm nest wat gezinsleven heet.

Maar eindelijk wordt het 30 mei, en is het materiaal gereed gemaakt voor het NK in Wervershoof en Medemblik. Nu moet het gebeuren. Nu wil ik oogsten. Ik kan het, ik doe het , het moet!! Van mezelf.

Maar teleurstelling volgt want vierde is net niks. Ach iedereen looft z’n manier van rijden maar die zaten in januari niet met 2 graden op de fiets. Vrijdag een bijna zelfde scenario. Eén moment niet opletten en de afvalling is voor het nr. 17 van het junioren peloton.

Zaterdag 1 juni, raar parcours in Medemblik. Een 400 meter baan met een vierkante bocht, een chicane als was het een autorace en een kronkel na de bocht voor de finish. Vreemde ideeën hebben  die mannen met hun witte pakje waar de tekst “jury” op prijkt.  One lap staat er op het programma. Op zich leuk onderdeel en hoewel het bloedheet is kan deze afstand prima gebruikt worden om de motorolie op temperatuur te brengen. Na de kwartfinale is ook dit onderdeel afgerond.

Wat volgt: beetje fietsen, veel drinken, beetje lopen, veel hangen. Effe roepen naar de clubgenootjes en weer een beetje fietsen. De jury besluit dat het hoog tijd is voor nog een pauze. Ach, dan wachten we nog maar effe. Moeder adviseert de zonnebrand nog maar weer eens uit te smeren, vader kijkt lichtelijk vermoeid van 3 dagen “hangen” of alles nog oké is. Maar na een hoop geduld mogen eindelijk de skeelers weer aan. De “area of call” roept. De scheidsrechter stelt de rijders op en dat is het teken dat de focus weer in de racemodus gaat. Nu dan maar…

En hij gaat, springt mee, schuift naar voren en pakt punten. Kijkt waar hij naar kijken moet en hoort vaag op de achtergrond gejoel. De bocht na de finish klaagt het peloton, voel je een tegenwind van lawaai. Maar voor hem is het een duw in de rug. Immers, pa ma, broer en zussen staan hier voor hem. En hij gaat het maken. Geen idee hoeveel punten hij heeft maar hij is goed op weg. Zeker weten. De benen doen wel zeer maar het gaat nog. Het uitschuifbeen is voortreffelijk vandaag en puntje voor puntje komen op zijn conto. En doe eens gek, twee punten tegelijk is veel handiger, het lukt. Vandaag wel. Vandaag lukt alles. Vandaag geen foutjes maar initiatief. Als eerste hoort hij de bel voor de laatste ronde. Tot de shicane lijdt hij het sprintende groepje. Twee weten er nog voorbij te sprinten. Maar het mag. Het laatste puntje is voor hem.

En het scorebord weet het:

EWOUT BEIJEMAN pakt BRONS!!